Dag 15, vrijdag
+/- 40 KM, zonder bagage
De dag begint zowaar droog en ik ga vol goede moed op pad, het is wel behoorlijk dreigend bewolkt. De eerste fietsenmaker vind ik al snel, een Giant-dealer. Hier wordt mij gemeld dat zij de betreffende onderdelen niet hebben en stuurt mij verder naar de volgende fietsenmaker (Ornin), twee straten verderop, dat is volgens hem de grootste kans dat ze het crankstel wel hebben.
Hier aangekomen begint het te miezeren, maar ook zij hebben helaas de onderdelen niet, wel draaien ze het crankstel nog een keer goed aan, met de opmerking dat die wel moet blijven zitten, maar echt veel vertrouwen heb ik daar inmiddels niet meer in. Als ik vraag of ze geen nieuwe hebben, is het antwoord dat deze uitverkocht is.
Op de hoek zie ik de naam van een derde fietsenzaak staan, ik had het idee dat dit een algemene sportzaak is, maar het blijkt ook gewoon een fietsenwinkel te zijn. Ook zij hebben het onderdeel niet, als ik vraag of het zo’n bijzonder ontwerp is, is het antwoord ja, we kopen deze alleen op bestelling en dat duurt zo’n 1 a 2 weken. Hij verwijst mij door naar Ornin en Markid, waar ik dus al geweest ben en hij zegt dat ik de drie grootste fietsenwinkels in Reykjavik al heb gehad.
Ik besluit naar de laatste mogelijkheid te gaan, een fietsenzaak aan de andere kant van het centrum. Gelukkig begint het dan net hard te regenen, want als ik mijn regenkleding aandoe komt de man nog een keer naar buiten. Hij had het erover gehad met zijn collega en die dacht dat mijn laatste hoop een fietsenzaakje in een voorstad van Reykjavik zou kunnen zijn. Hij print het adres en op de kaart stippel ik de route uit.
Ik doe ruim een uur over de twaalf kilometer naar het plaatsje, telkens weer zoeken door woonwijken, langs grote wegen, over de soms onnavolgbare fietspaden van Reykjavik. Ook als ik in de juiste straat van het plaatsje aankom kost het mij nog even zoeken, op het huisnummer lijkt een golfshop te zitten, maar als ik even verder kijk blijkt de winkel aan de andere kant van het blok te zitten.
Ik heb gelukkig de juiste persoon die mij helpt, met duidelijk een passie voor fietsen. Hij vertelt mij direct de fiets naar de werkplaats te brengen. Waar hij het crankstel eraf haalt en verschillende onderdelen probeert, maar ze hebben net iets andere inkepingen waardoor ze niet passen. Als ik vraag of hij niet een volledig nieuw systeem heb moet hij even denken. Hij duikt in wat dozen en tovert vervolgens een Shimano Deore XT tevoorschijn, eigenlijk voor mountainbikes bedoelt, maar wel erg duur vertelt hij, hij laat het prijskaartje zien, omgerekend +/- 450 euro. Ik sla het direct af veel te duur.
Hij gaat op zoek in de computer en overlegt met zijn baas, hij kan hem uiteindelijk aanbieden voor 300 euro, inclusief montage. Niet goedkoop, maar dan kan ik in ieder geval nog een week fietsen, ik had al in mijn hoofd plannen gemaakt dan maar met de bus nog wat dagtochten te maken vanuit Reykjavik.
Al pratend met de man, blijk ik dat ik te maken heb met de 7-voudig downhill-mountainbike kampioen van Ijsland, dat is ook wat waard. Vol trots laat hij twee van zijn downhill fietsen zien, volgens mij is hij trotser op de fietsen dan op zijn prestaties.
Blij met mijn nieuwe crankstel fiets ik weer terug richting Reykjavik, en ik eet een menu bij de Aktu Taktu, een soort McDonald’s, die ik hier overigens nog niet heb gezien, wel heb ik de KFC en Domino’s al gezien.
Op de terugweg besluit ik een toeristische route te volgen, die uiteindelijk bij het centrum uitkomt. Hier fiets ik nog even rond, ik bekijk de beroemde kathedraal en het huis waar Reagan en Gorbatsjov hun handtekening zetten voor het einde van de koude oorlog.
Als ik terugkom bij de camping besluit ik direct door te gaan om boodschappen te gaan doen. Weer teruggekomen bij de camping ga ik eerst even in het binnendeel van de camping zitten, op de grond. Als ik even later weer naar buiten loop om te gaan koken, hoor ik ineens “Hey, van het wereldfietserweekend!” Een jongedame roept mij die ik op het ‘jongerenweekend van de Wereldfietser even heb gesproken. Zij hadden op dat moment nog vage plannen om naar Ijsland te gaan en zijn nu net aangekomen.
Wij wisselen wat informatie uit en concluderen dat we elkaar vanavond waarschijnlijk nog wel zullen spreken, zij gaan zich installeren en ik ga koken. Onder het eten spreek ik achtereenvolgens een Nederlandse familie, een Belgisch stel en een Nederlands stel, het lijkt wel alsof er ineens een buslading Nederlandstaligen los is gelaten.
‘s Avonds spreek ik de WF-dames weer, ik heb ze natuurlijk verteld over mijn rondtocht langs de fietsenmakers en zijn nu zelf op zoek naar een goede. Eén van de fietsen schakelt niet goed meer. Ze willen morgen nog met de bus richting het noorden gaan, om vandaar hun tocht via het oosten aan te vangen.
Ik drink mijn laatste light-biertje voor de tent en lees nog wat, het is inmiddels alweer een tijdje droog geworden. Ook steekt er weer een pittige wind op, die er bijna de hele dag niet geweest is. Ijsland, of het regent, of het waait of allebei. Ik bedenk ook nog een nieuwe route voor de laatste week, eerst richting Pingvellir en dan het schiereiland ten noorden van Reykjavik verkennen.